Wat zeggie?

Het ambtelijk en bestuurlijke jargon na één jaar wethouderschap.

Iedere ‘bedrijfstak’ kent zo haar bijzonderheden én eigen jargon. Vanuit de corporate business – het internationale bedrijfsleven – was mijn woordenschat de afgelopen 12 jaar al flink gegroeid. De overheid kan er echter ook wat van. Ambtelijk taalgebruik kenmerkt zich door lange zinnen, veel passieve constructies en dure woorden. Ik moet er vaak om glimlachen en neem u graag mee in mijn eerste jaar ‘vakjargon’!

Veel bestuurders menen vaak dat zij zich op een snijvlak bevinden van iets… Dat klinkt spannend.  En wat dacht u van de om ons heen almaar schuivende panelen? Nee, dat is niet het Kunstwerk op het Binnenwegplein, maar een deftige woordkeuze voor ‘veranderingen in de wereld om ons heen’. Zoals bijvoorbeeld de veranderingen in de zorg. Door die veranderingen is veel nieuw beleid gemaakt. Nieuw beleid leent zich bij uitstek voor vakjargon! In beleid willen bestuurders bijvoorbeeld zaken graag borgen. Wanneer je Googelt op het woord borgen, toont de zoekmachine een populaire Deense TV-serie over politiek, toeval? Bestuurders en ambtenaren zijn dol op het woord borgen, het betekent zoveel als ‘garanties inbouwen’. Garanties geven een goed gevoel, zekerheid. Wie wil dat nu niet? Voor dat goede gevoel hebben we ook een duur woord: comfort! Proactieve medewerkers en dure adviesbureaus, die met bestuurders meedenken en hen dus bestuurlijk comfort bieden, yes!

Wat bestuurders ook belangrijk vinden, is dat nieuw beleid op korte termijn én lange termijn goed uitpakt. Hoe schrijf je dat flitsend op, hoor ik u denken. Nou als volgt: We schrijven dat we maatregelen duurzaam verankeren in beleid en organisatie. En we zorgen dat we zaken zoveel mogelijk aan de voordeur regelen! Dat is maar goed ook, want iets ‘bij de achterdeur’ regelen, geeft toch wat andere associaties. Een andere onmisbare term is tegenwoordig dat we mensen in hun kracht zetten. Dat betekent zoveel als dat een ieder vooral moet doen waar hij of zij goed in is. De commissie open deur zou haar vingers er bij aflikken.

Mocht er ondanks de met dure termen overladen beleidsnota’s in de praktijk één en ander toch niet volgens plan lopen, dan is het zaak dit zo snel mogelijk vlot te trekken. Daar begint een bestuurder  natuurlijk niet zelf aan, dus wordt de opdracht keurig in de lijn weggezet.

Tenslotte nog even de (dorps)politiek in Barendrecht: daarin blijkt bewegen vaak nogal belangrijk. Hier spreekt de sportwethouder, zegt u? Niet bewegen in letterlijke zin natuurlijk! Nee, wanneer er een politieke patstelling dreigt te ontstaan, dan gaat het er vooral om dat er bewogen wordt door de andere partij om tot een oplossing te komen… Dan moet men elkaar iets gunnen. De inhoud is op dat moment van ondergeschikt belang. Het gaat om het bewegen!

Wanneer ik u binnenkort ergens tegen kom en u betrapt mij op bestuurlijk jargon, zet me dan gerust weer met beide benen op de grond. Ook al sta ik wellicht op schuivende panelen…

Lennart van der Linden

Share this: