
Onze gemeenteraadsleden Richard Carlebur en Miranda Mes hebben schriftelijke vragen gesteld over de risico’s van bodemdaling in Barendrecht. Aanleiding daarvoor is het ontbreken van concreet beleid rondom dit thema, terwijl bodemdaling voor sommige woningen en straten in Barendrecht wel degelijk gevolgen kan hebben.
In 2019 stelde EVB al eerder vragen over funderingsproblemen bij woningen. Het toenmalig college liet toen weten dat er geen aanleiding was om aan te sluiten bij het Fonds Duurzaam Funderingsherstel. Ook werd gekozen om de situatie vooral te monitoren. Inmiddels zijn er nieuwe landelijke regelingen én is er meer kennis beschikbaar over de risico’s van bodemdaling.
Bodemdaling raakt vooral oudere woningen
De raadsleden signaleren dat vooral woningen van vóór 1970 risico lopen, met name op veen- en kleigrond. In Barendrecht gaat het dan om delen van het oude dorp, de Oranjewijk, de Barendrechtseweg, het Achterom en enkele dijkzones. De gevolgen van bodemdaling kunnen groot zijn: schade aan de fundering, waardedaling van het huis en hoge herstelkosten.
“Voor veel mensen is hun woning hun grootste bezit,” aldus raadslid Carlebur. “Dan moet je als gemeente zorgen dat je weet waar de risico’s zitten en bewoners daar zo goed mogelijk bij helpen.”
Oproep tot gerichter beleid
EVB stelt voor om opnieuw te kijken naar deelname aan landelijke regelingen zoals het Fonds Duurzaam Funderingsherstel en het Nationaal Loket Funderingsproblematiek. Ook pleit de partij voor een zogenoemde QuickScan via het KCAF (Kenniscentrum Aanpak Funderingsproblematiek) om de risico’s in kaart te brengen. Daarnaast vragen onze raadsleden waarom het college verwijst naar klimaatstresstesten die bodemdaling niet specifiek onderzoeken. “We willen graag weten wat er sinds 2019 is gebeurd, maar vooral ook: wat gaan we als gemeente de komende jaren doen om schade door bodemdaling voor bewoners te voorkomen,” aldus Miranda Mes.
Lees hieronder de volledige vragen: